16 November 2007

japan in beelden (deel 3)

Rondom de vulkaan Mount Aso.






japan in beelden (deel 2)

Met een trein die zich steeds harder gierend door een dal omhoog slingerde, vervolgens met een kabeltrein (of hoe heet zoiets) en daarna met de bus kwamen we in het dorp Koyosan terecht.
Het dorp is 1200 jaar geleden gesticht door een of andere boeddistische monik, Kobodaishi genaamd, en heeft daarmee het zogenaamde esoterische boeddisme in Japan vaste voet aan de grond gegeven. Het esoterische dankt deze variant van het boeddisme aan de opvatting dat men niet tot de dood hoeft te wachten om in een staat van verlichting te raken; tijdens het leven kan dit ook al.

Het dorp bestaat behalve uit een winkelstraat vol souvenirs uit 171 tempels, een boeddistische school en een boeddistische universiteit, die door monikken en monikken in spe bezocht wordt. Hier en daar doen vrouwen hier ook aan mee, maar het blijft een mannen aangelegenheid.


Koyosan is verder beroemd vanwege een enorm kerkhof waar allerlei beroemdheden liggen, zoals natuurlijk de botten van Kobodaishi himself en aanverwante geestelijken, maar ook van andere hotemetoten, zoals leden van de Japanse keizerlijke familie van voor 1850, een Engelse dame met de naam E.A. Woods, die zich anderhalve eeuw geleden inspande voor een soort van oecomene met het Christendom, de baas van Panasonic, en nog zo wat verrassende doden. Een nieuw gedeelte van het kerkhof bestaat uit grote graven die zijn aangekocht en ingericht door diverse bedrijven. Als je tijdens kantooruren het leven laat, kun je hier je laatste rustplek krijgen. Volgens mij is het vooral weer PR-stunt.





Zo was er ook een graf van een vliegtuigfabriek, die bij wijze van variant op de normale graftorentjes, diverse onderdelen van een vliegtuig gebruikte, bekroond met bovenop een gigantische propellor. Bijgaand het graf van een koffiefabrikant. Michiel, een van onze langere groepsleden, keek of er echt koffie in het kopje zat, en ja, inderdaad. Waarschijnlijk wel een weerbestendige vorm van koffie...



Wij overnachtten in een van de vele kloosters, maar ook hier troffen we de gebruikelijke airconditioning en tv op de kamer....






Bij ruimtegebrek in het horizontale vlak, kun je uitwijken naar boven. Bij diverse tankstations trek je met een touwtje de door jou gewenste brandstof uit de hemel.



In het Peace Park van Hiroshima trof ik deze man, 82 jaar oud. Hij sprak me aan, vooral om te vertellen, leek het, dat hij al 82 was. Toen de bom viel was hij op exercitie in de bergen. Zijn familie en zijn huis was hij wel kwijt nadat de bom gevallen was. Hij sprak ook een woordje over de grens. 'Danke Schoen', zei hij.










Tien meter verder werd ik aangesproken door drie vrouwen van mijn eigen leeftijd, die een cursus Engelse les deden en hun Engels wilden oefenen. Nou, zei ik, als jullie nog meer Engels willen oefenen, zullen zondagmiddag dan nog een keer afspreken? Ze sprongen een gat in de lucht, en zo gezegd, zo gedaan. Ik had een geweldig leuke middag. Bijgaand zie je mij met Michiko, Nobuko en Chiyoko. We werden op de foto gezet door de eigenaar van de chrysanten die je op de achtergrond ziet. Met die chrysanten had hij een eerste prijs gewonnen. Het kweken van mooie grote chrysanten is bijna net zo´n rage als het kweken van een zwarte tulp, lijkt het. Bij elke festiviteit vind je rijen kraampjes met dit soort uitstallingen van chrysanten.


Op het prachtige eiland Miyajima, even uit de kust voor Hiroshima.






Vier kilometer omhoog naar de top van Mount Misen op het eiland Miyajima.






Apen en herten komen van nature op dit eiland voor.
De herten zijn een min of meer vreedzame coexistentie aangegaan met de vele toeristen die Miyajima bezoeken. Toeristen lezen op de borden dat het 'wildlife' met rust gelaten moet worden.
Echter een picknickende familie werd niet met rust gelaten door het wildlife zelf. De moeder gaf haar dochter de opdracht met de bak met rijst de droge rivierbedding in te lopen. Daar werd ze echter Help, MAMA!!! gevolgd door een troep herten. Gelukkig zwaaiden ze na enige pogingen af.
Het meisje kwam met de schrik vrij.

15 November 2007

japan in beelden (deel 1)

Aan de hand van foto's zal ik wat bijpraten over wat ik hier beleefd en gezien heb.


In Kyoto ben ik een middag met een 18-jarige Japanse studente op stap geweest. In ruil voor een lunch mocht ik haar het hemd van het lijf vragen. Ze kwam oorspronkelijk uit het zuidelijkste puntje van Japan, maar studeert nu sinds een half jaar aan de meest prestigieuze universiteit in West Japan, in Kyoto. Volgens haar delen veel mensen om historische redenen Japan nog steeds in West en Oost in. Die historie betreft dan de shoguns die in die tijd de belangrijkste gebieden in handen hadden.
Ze studeert rechten, en wil na haar afstuderen graag iets doen in de handelsbetrekkingen tussen buitenlandse bedrijven en Japan. Daarom leidt ze ook graag buitenlandse toeristen rond om haar Engels te oefenen. Ze heeft het prima gedaan.

Samen met haar ben ik naar Fushimi (een dorpje dat tegen Kyoto ligt aangebouwd) gegaan, waar een bijzondere collectie Shintopoorten staat. Iedereen in Japan kan een poort aanschaffen en, zolang er nog plaats is, hier bij laten plaatsen. Het gevolg is dat je op een weg van pakweg 5 kilometer door een woud van poorten loopt. Bijgaand plaatje doet hier niet helemaal recht aan.
Ook kwamen we langs een sake fabriekje. Het water dat in Fushimi uit de grond komt schijnt zo lekker te zijn, dat de sake die met dit water wordt gemaakt tot in de verre omtrek geroemd wordt.






De gemeente heeft het water ook direct voor de bewoners beschikbaar gemaakt. Op diverse plaatsen staan tappunten waar de bewoners het lekkere water komen tappen. Mijn studente (ik ben even haar naam kwijt) woonde zelf ook in Fushimi en tapte zelf ook water bij zo'n tappunt.


Ik was benieuwd hoe vaak ik de traditionele Japanse kimonodracht zou tegenkomen. Zou het zoiets zijn als het Volendammer kostuum, alleen voor toeristen? Maar nee. Heel vanzelfsprekend lopen Japanse dames en soms ook mannen in deze formele kledij. Mannen hebben een soortgelijke outfit, maar dan in zwart en grijs en wit. Ze trekken dit aan bij speciale gelegenheden, soms als ze uitgaan (ik zag er een paar toen ik naar Jesus Christ Superstar ging), of bij een verjaardag, of andere feestelijkheden.




De tuinen bij Japanse tempelcomplexen zijn vaak zeer de moeite waard. Zeker nu met de herfstkleuren is het volop genieten. Zo'n tuin vereist natuurlijk wel veel onderhoud, maar als je het met een groepje doet is het ook wel weer gezellig.





06 November 2007

Jesus Christ Superstar

Gisteren heb ik een rondje met de trein gemaakt naar de noord-west kust van Japan. Veel heuvels, allemaal volledig bebost. In de valleien dorpjes, omringd door rijstveldjes, formaat grote gymzaal of twee 50-meterbaden. Soms staat er ook nog iets anders tussen dan rijst. Het lijkt alsof elk huishouden zijn eigen veldjes heeft.

Sinds mijn komst in Japan heb ik nog geen levende koe, kip, geit, schaap of varken gezien. Volgens een groepsgenote zitten die allemaal in van die bio-flats. Zou kunnen. Die heb ik echter ook nog niet opgemerkt, maar dat komt waarschijnlijk omdat ik niet weet hoe die er uit zien.

Even iets over het eten in Japan.
Rijst krijg je bij vrijwel elke Japanse maaltijd geserveerd, tenzij je bij de MacDonalds gaat eten natuurlijk.
Vis is een belangrijk bestanddeel van het eten, evenals soyasaus. Over het algemeen is eten behoorlijk zout.
Het is daarom prettig dat je bij binnenkomst in vrijwel elk restaurant direct en ongevraagd een glas ijskoud water ingeschonken. Dat wordt aangevuld (of kun je zelf aanvullen) zoveel als je wilt. Vanzelfsprekend eet je hier met stokjes. Die pak je vers uit een bakje dat bij jou op tafel staat.

De prijs van het eten in de restaurants is voor onze begrippen erg laag, dankzij de Yen die laag staat ten opzichte van de Euro. Ik eet meestal een diner voor tussen de 5 en 9 euro. En dan heb ik echt lekker gegeten en genoeg gehad. Koffie uit de automaat: 60 cent. Grote bak cafe au lait (zo heet het hier echt) met een koffiebroodje samen voor 2,5 Euro.

Wat je hier niet ziet of hoort:
Vuil op straat, er ligt nooit rommel.
Telefonerende Japanners in de trein. Er gaat nooit een telefoon, hij staat altijd in de silent mode, en verder gebruiken ze in de trein uitsluitend sms of email. Het is in de trein dan ook heel rustig.
Eten in de trein (of op straat) is volgens mij ook not done, ik heb het in ieder geval niet zien doen. Dat geldt ook voor troepen schoolkinderen die zich zelfs bij een langere treinreis niet op chips of andere lekkernijen storten. Vanzelfsprekend is de trein ook smetteloos en zou je hier van de vloer kunnen eten.
Wel heb ik de indruk dat ook hier de pubers op dezelfde manier ongeinteresseerd zijn als in Nederland.
Muzikanten of artisten op straat heb ik hier ook nog niet gezien.

Waar je hier over struikelt:
Openbare toiletten. En die zijn altijd compleet met wc-papier. De enige uitzondering die ik heb gezien was een toilet in het station van Kyoto waar je je wc-papier moest kopen. Maar pas achteraf begreep ik wat de mensen in de rij voor mij uit de automaat trokken. Ik heb zelf gelukkig bijna altijd iets bij me dat als wc-papier kan dienen, dus dat viel mee.
Behulpzame mensen. Zelden sta ik met een kaart in mijn handen zonder dat een Japanner vriendelijk vraagt of hij me kan helpen.
Slimmigheidjes. Bijvoorbeeld: In Nederland heb bij sommige stoplichten geluiden die je duidelijk maken wanneer het licht op groen staat. Omdat het geluid voor elke zebra hetzelfde is, heb ik me wel eens afgevraagd of een dove kan horen welke zebra veilig is. Hier hebben ze dat opgelost door de verschillende richtingen met andere geluiden aan te geven. Het zou me niet verbazen als dat consequent in heel Japan hetzelfde was, met de oost-west richting telkens hetzelfde geluid, afwijkend van de noord-zuid richting.

Een ander slimmigheidje is dat de bovenkant van de spoelbak van een wc een gootsteentje was. Zodra je doorspoelt, gaat het kraantje boven dit spoelbakgootsteentje lopen zodat je je handen kan wassen en het gebruikte water in de spoelbak loopt.

Zo meteen ga ik met een Japanse gids op stap. Zij gaat me meer vertellen over de Japanse cultuur. En vanavond ga ik naar Jesus Christ Superstar, in de Japanse uitvoering in het Kyoto Theater, dat aan het station is aangebouwd.

04 November 2007

kyoto op de fiets



Uitzicht vanaf de Kyomizudera tempel over Kyoto.







Doorkijkje in de tempel. Veel hout dus. Bij de voorgeschiedenis van elke tempel horen wel een of meer grote branden waarbij de tempel vernietigd of althans zwaar beschadigd werd. Brandblussers staan dan ook gereed.






Bij elke tempel, zeker de meer toeristische, zoals deze, vind je `fortune` kraampjes. De houten cilinder zit vol met houten staafjes. Na grondig schudden houd je de cilinder op zijn kant zodat een van de houten staafjes uit het gat glijdt. Op dit staafje staat een nummer. Het nummer hoort bij een briefje dat de dame achter de balie aan je overhandigt. Ook keurige huisvaders zag ik hier aan mee doen.







Het valt niet mee om van je nette schooluniform een skatebroek te maken, maar je kan het op zijn minst proberen....







Het aanzien van de keuken is geen goede graadmeter voor de kwaliteit van het eten. Een oud, zeer pezig Japans dametje kookte hier superlekkere noedelsoep.











Je mag aan een tafeltje plaatsnemen, of traditioneel op je knieen. Dan moet je wel eerst je schoenen uittrekken.
Hier worden op de hete plaat omeletjes voor je gebakken.




Mix van culturen. Voorop Harley Davidson, op de achtergrond een GROTE shintopoort over de weg heen.






Thuiskomen met de verkeerde paraplu zal je ook niet gebeuren.






Hmmmm..... welke was ook alweer van mij?

Sloten op Japanse fietsen (iele ringslotjes) hebben slechts ten doel om te voorkomen dat je per ongeluk met de verkeerde fiets thuis komt.






De vier meisjes van de Engelse zondagsschool die mij een paar vragen in het Engels wilden stellen.





Het centraal station van Kyoto.
Vanavond was ik hier ook. Op de trappen zaten redelijk wat mensen te genieten van het klank- en lichtspel van de (Westerse) kerstliedjes bij de lichtjes in de gigantische kerstboom.





Bij deze supermarkt stond een man in uniform de boodschappen mandjes aan te geven.









In de supermarkt: Veel vis, waaronder octopusarmen.





Fietsen doe je op de stoep, maar op de straat zag ik ze ook.
Na een dag fietsen in Kyoto wilde ik bij de toeristeninformatie toch eens navragen hoe het nou zat met de verkeersregels voor fietsers. Bij de VVV voor de stad Kyoto beheerste geen van de vier mannen achter de balie voldoende Engels om mijn vraag te begrijpen. In plaats daarvan legden ze me welwillend uit dat Oost-Kyoto nogal heuvelig was. Inderdaad, op de pedalen was ik daar diezelfde morgen nog naar de Kyomizodera tempel geklommen.
Bij de algemene toeristeninformatie werd ik wel wat wijzer. Je mag inderdaad op de stoep fietsen, beide kanten op, en op de weg mag ook, maar dan wel bij voorkeur links. Bij voorkeur! Nu ja! Inderdaad was mij al opgevallen dat mij op de weg dan toch soms fietsers tegemoet kwamen. Gelukkig heb ik hier nog geen gevaarlijke situaties meegemaakt, zelfs ook nog niet gezien. Men rijdt hier erg rustig en voorkomend.






Tempels zijn van hout, en vaak heel kunstig gemaakt.






Buigen voor het altaar. En als er al mensen staan, dan maak je gewoon een rij.
We hebben nog niet ontdekt of de rode emmertjes water naast elk altaar bedoeld zijn om een beginnende brand meester te worden of dat zij ook een spirituele functie hebben.









Bij dit gebouw staat dat het is opgericht in het jaar 828. In die tijd was de toegang tot de universiteit en de nationale scholen, alle door de staat gefinancierd en bestuurd, erg strict en beperkt tot mensen van de hoogste klassen. Om ook de gewone mensen de kans te geven op goed onderwijs was deze particuliere school opgericht.

Vanochtend, zondag, al vroeg op de fiets, en om 8 uur zat ik bij Caffe VeLoce 'World Beans' aan de Cafe Latte met een broodje zalm. He, lekker om mee wakker te worden. Daarna eerst nog even naar het station, dat volgens mijn reisgenoten de moeite waard was. Helaas was zo vroeg de 'skywalk op de 10e verdieping nog niet geopend, maar toch was het de moeite waard. Hier heeft een architect (ik geloof dat hij Hara heet) flink uitgepakt.

Daarna naar de traditionele Japanse muziek. Helaas had ik de kaart waarop stond aangegeven waar het was nog in het hotel laten liggen. Op goed geluk fietste ik maar vast een eind die kant op, in de hoop dat ik door vragen toch nog te bestemder plaatse zou komen. Een taxi-chauffeur hielp me de eerste keer op weg (ik wist nog dat het Kaizen Kaikan heette), en bij het volgende twijfelkruispunt stond een kraampje met vrijwilligers om toeristen op weg te helpen. Daar kreeg ik weer een goede kaart, beter zelfs nog dan ik in het hotel had liggen, en daarmee vond ik het dan. De muziek is zo volledig anders dan wat ik tot nu toe gehoord heb dat ik er weinig van kan maken. Vier heren in onhandige kleren zitten in formatie iets min of meer eentonigs te zingen. Daarbij is een vrouw die eerst ook nog iets zingt (zij begint meestal, waarna de mannen invallen). Zij voert dan enkele figuren uit, waarbij ze over het toneel schuifelt, af en toe met haar voet stampt, soms ook nog iets zingt, en beheerst met een waaier zwaait.
In de zaal zaten zo te zien uitsluitend familieleden van de uitvoerenden, erg mooi aangekleed, af en toe ook in traditioneel Japans kostuum.
Na een uurtje ging ik verder, naar het 'pad van de filosofie'. Een leuk paadje langs het kanaal, veel bomen en oude huisjes, maar ook vrij druk en omlijst met souvenierswinkels en eettentjes.
Daarna bij de bibliotheek nog even wat informatie gezocht over de school waar ik op bezoek wil, en mail gecheckt.
Een paar meisjes van een Engelse school spraken me aan, in het Engels natuurlijk. Waar ik vandaan kwam, waar dat land beroemd om was, en of ik Japan leuk vond.
Ook nog door het mooie park van het keizerlijk paleis gefietst. Overigens hartstikke leuk om door Kyoto te fietsen. Het verkeer is over het algemeen heel relaxed, je krijgt als fietser veel ruimte en je kunt relatief veel doen op een dag.
Foto's komen later....

03 November 2007

Kyoto

Na Tokyo zaten we enkele dagen in de bergen. Daar logeerden we in een traditioneel Japans onderkomen, met futons op de tatami-matjes, maar verder wel weer van alle mogelijke luxe voorzien, zoals een fohn, een kimono voor na onderdompeling in het hete bad, tv op de kamer, enz. Ons eerste onderkomen bevond zich in het dorpje Tsumago, een soort Japans Orvelte. In oude stijl gerestaureerd, waarbij de bewoners vrijwel uitsluitend van toeristen leven. Van hieruit liepen we over een perfect aangegeven route door het bos en langs een watervalletje naar Magome, zeg maar Orvelte 2, zo'n 8 kilometer verderop.
Maaltijd van Japanse hapjes. Voorzover je nog honger hebt, kun je die nog altijd stillen met witte rijst. In het middelste (zilverpapieren) bakje op het linkerschaaltje liggen een paar gefrituurde sprinkhanen. Eva, die overigens ook steeds handiger wordt met de stokjes, gaf geen kik en at ze gewoon op.
Toen volgde diezelfde dag nog een lange tocht met bus, trein, trein, trein en nog weer een bus waarna we in het donker aankwamen bij alweer een zeer luxe verblijf in een vrij afgelegen dorp.













Hier in de buurt kon je mooi wandelen, en dan heb ik ook uitgebreid gedaan. Na twee nachten vertrokken we van hieruit vervolgens naar Kyoto, waar we vanochtend om 12 uur aankwamen.

In de tweede wereldoorlog hebben de geallieerden expres om Kyoto heen gebombardeerd, waardoor vele oude tempels en huisjes bij deze ramp ten minste gespaard zijn gebleven. Er staat hier zoveel moois omdat Kyoto lange tijd de hoofdstad van Japan is geweest. De stad is interessanter, levendiger, cosmopolitischer dan Tokyo. Waar je op andere plaatsen zo'n beetje de enige westerling bent, val je hier niet meer zo op. De mensen gedragen zich hier ook meer westers, dwz zowel zelfbewuster als ruwer en minder voorkomend dan wat ik tot nu toe had gezien.

Morgen wil ik een fiets huren en dan naar een traditioneel Japans concert. Fietsen zie je hier veel. Voor fietsers zijn, zo lijkt het, ongeveer evenveel regels als voor voetgangers. Fietsen doe je op de stoep, terwijl je voorzichtig (dat wil zeggen inderdaad voorzichtig!) om de wandelaars heen beweegt. Je mag ook op de weg, en of je dan de linker- of de rechterkant kiest maakt dan niet zoveel uit, lijkt het; ik heb het ze beide zonder schroom zien doen.
In het verkeer is elke Japanner met recht een heer. Geen gehaast, geen gejakker, geen gierende banden, geen getoeter, geen grommend optrekken. Nee. Een Japanner, zelfs in het nogal westerse Kyoto, blijft zeer beleefd. Op weg naar ons tweede buitenverblijf reed de chauffeur in het donker zo opvallend bezadigd dat op het laatst bijna iedereen van onze groep, ietwat moe van het vele overstappen op stations en verlangend naar een goed maal en een warm bad, gefrustreerd grappen begon te maken over wat er wel niet mis was met de beste man dat hij niet wat meer gas kon geven op de rechte stukken. In onze Nederlandse ogen was het lage tempo veel te overdreven, maar ondertussen hebben ze in Japan naar verhouding veel minder verkeersdoden dan in Nederland. Dus wie lacht er dan het laatst...

Behalve een attente voorkomendheid waar je je ook wendt of keert, waardoor je je overal welkom en op je gemak voelt, vallen me nog wel een paar andere zaken op hier in Japan, maar die observaties moeten helaas wachten tot een volgende keer....










Kyoto is een mengelmoes....

Powered by Blogger